Straf.

Een onderwerp om eens over na te denken.  Ik doe dat al jaren, al zolang ik in het onderwijs bezig ben. Ik ga het opschrijven.

Straf volgt op de zonde, dat heb ik altijd geleerd. Als je iets fout doet, moet je op de blaren zitten. Ik kan me niet herinneren, dat ik van mijn ouders straf heb gehad. Ik zal best veel fout hebben gedaan, maar die blaren kan ik me niet herinneren.  O, ja, 1 keer kreeg ik een draai om mijn oren. Ik had op een gegeven moment erge keelpijn (er is niets nieuws onder de zon, want dat heb ik nu ook) en zei: Het doet me zo verrekte zeer! Pats! Ik was uiterst verbolgen, want dat woord  was de enige manier waarop ik de pijn in mijn keel kon omschrijven. Maar dat woord hoorde niet bij ons thuis. Evenmin als vloeken of grove taal. Ik zal ook nu geen vloek of grove taal gebruiken, het ergste woord is: shit.  Verrek kan nog net, maar dan is het wel erg. Ook zal ik nooit mijn middelvinger opsteken, ik erger me eraan, als iemand dat doet. Ik vind dat zo vulgair. Ik zie dat gebaar vooral in het verkeer, als er bijvoorbeeld geen voorrang wordt verleend. Als ik bij iemand in de auto zit, die dat gebaar maakt, krijgt die persoon gelijk een tik op de vingers van mij, letterlijk.

Straf op school heb ik ook niet gehad, voor zover ik me kan herinneren. Ik was dus heel braaf. (Gedrag:8, ik geloof, dat ik pas de laatste jaren een beetje stout word)). 1x heb ik er zelf om gevraagd: Zwanny en ik zaten tijdens de les te praten en Zwanny kreeg strafregels. Ik niet. Dat vond ik niet eerlijk en ik ben toen naar de meester gegaan en heb gevraagd of ik ook strafregels mocht schrijven. Dat mocht (!). Ik was er ook nog trots op: Ik heb strafwerk ! Ik ben eigenlijk wel benieuwd, wat de meester daarvan vond. Ik kan het hem niet meer vragen, want hij is nu heel oud en weet alles niet meer zo goed. Een paar jaar geleden zag ik hem op een reünie. Hij genoot van alle aandacht, maar herkende alles niet meer.

Ik dwaal af. Het gaat me om straf.

Waarom straf? Wat is het doel van straf?

Volgens mij 2 dingen: - wat is verkeerd gegaan en – hoe kan het beter. Opbouwend, kort door de bocht.

Ik beperk me nu eerst tot het onderwijs, mijn vak. Ik denk terug aan mijn eerste jaren in het onderwijs. 38 kinderen lezen leren, zonder goede materialen (geen verontschuldiging, gewoon een feit).  Niet elk kind kan dat aan. Volgens mij moesten ze dat wel kunnen.  Je moet luisteren, als ik iets uitleg. Ga maar in de hoek. Dat heb ik niet vaak gezegd.  Een draai om de oren heb ik ook wel  eens gegeven, daarvoor schaam ik me nog.  Dat ging om kinderen, die het niveau niet aankonden, maar ik dacht, dat ze gewoon niet luisterden.  Later, nog geen jaar, heb ik nooit meer straf gegeven aan een kind, dat niet mee kon.

Wel aan kinderen, die zich tegenover anderen niet goed gedroegen. Maar dat heb ik altijd heel moeilijk gevonden.  Welke straf moet je geven? De straf moet wel zinvol zijn.  Toen ik begon te werken was het heel gebruikelijk om als straf strafregels te schrijven : Ik mag niet… Of in de hogere groepen Bijbelteksten overschrijven. Dat heb ik dus nooit laten doen. Als je iemand een hekel aan de Bijbel wilt laten krijgen, moet je hem hele stukken laten overschrijven.  Dat kan toch niet de bedoeling zijn?

Ik vond het lastig om een goede straf te geven. Als er iemand afkeek, zei ik wel eens: Gij zult niet stelen. Ik moest het uitleggen, maar toen was het  duidelijk en hoefde ik later alleen maar te zeggen: Gij zult niet….  Daarmee gaf ik eigenlijk geen straf, maar het had wel resultaat.

(Waarom kijk je eigenlijk af?  Is het niveau te hoog?  Moet ik de reden toch weer bij mezelf zoeken?)

Op school kom je zo vaak tegen, dat kinderen elkaar dwarszitten. Wat is de reden daarvan? Vaak is het niet te herleiden. Bij een ruzie tuitten mijn oren wel eens: hij zei, ja, maar ik en toen hij…. Kom er maar eens achter. Ik had de gewoonte om ze samen te laten praten: Vertel elkaar maar, wat er fout ging. Als je klaar bent, mag je bij me komen. Dat werkte vaak wel. Soms kun je alles oplossen, door heel relativerend te reageren: Kom op jongens, dit is toch zonde van de tijd? Zometeen is de pauze om! Je moet niet overal zo zwaar aantillen: de kinderen zijn het vaak sneller vergeten dan jij.

Het gaat natuurlijk niet alleen om straf bij ruzie. Wat doe je als een kind in de groep gewoon niet doet, wat je zegt? Brutaal is? Zijn werk niet af heeft, terwijl hij dat wel kan?

Daar zou je als school afspraken over moeten maken. Gewoon een kwartiertje brainstormen op een teamvergadering. Veel tijd gaat altijd heen met praten over organisatorische zaken. Jammer vind ik dat. De dagelijkse praktijk is toch het belangrijkste?

Iets om te gaan doen?

Neem dan gelijk ook het vervolg mee: straf in de puberteit, vaak heel noodzakelijk, maar hoe?